Algemeen

Samenvatting

De begroting 2022 en de meerjarenraming 2023-2025 zijn sluitend voor structurele baten en lasten. Bij de behandeling van de kadernota 2022 was dit nog niet zo voor de jaren 2023 t/m 2025.
Tijdens de raadsvergadering heeft u het college alternatieve dekkingsmogelijkheden mee gegeven. Het college heeft in lijn hiermee enkele wijzigingen doorgevoerd in de begrotingscijfers.

Na de behandeling van de kadernota in de raad is informatie ontvangen over extra rijksinkomsten voor de jeugdzorg. Voor het jaar 2022 zijn extra rijksinkomsten toegekend. Voor onze gemeente is dit € 5.570.000. Ook heeft de provincie duidelijk gemaakt wat voor het toezicht acceptabel is om deze middelen structureel te vertalen in de meerjarenraming. De extra middelen zijn op die manier in de begroting opgenomen.

Na verwerking van de genoemde ontwikkelingen was het jaar 2025 nog niet sluitend en heeft het college in eerste instantie een extra verhoging van de onroerende zaakbelasting (OZB) voorgesteld. Eind september is de septembercirculaire 2021 ontvangen en deze is onverwacht zeer positief. De extra verhoging OZB vanaf 2022 is daardoor niet meer nodig. De gemeenteraad heeft de extra verhoging OZB met een gemeente breed amendement uit de begrotingscijfers 2022-2025 gehaald.

De extra verhoging van 2% OZB stelden we in eerste instantie voor gericht op de lasten die we na 2025 (of in het geval van de herijking gemeentefonds of onderhoud wegen eerder) vermoedelijk gaan krijgen. Wij denken dan aan extra lasten onderwijshuisvesting (waarbij het thans voorliggende IHP vanaf 2026 richting 2031 om € 1,2 miljoen structureel extra vraagt), maar ook aan de jaarlijkse vervanging van wegen (is voor € 5,0 miljoen verwerkt tot en met 2023), de mogelijke extra lasten voor het dossier Omnipark Erp (maximaal € 985.000 extra in de voorkeursvariant) en andere gemeentelijke accommodaties (lasten vooralsnog onbekend). En ook de wijkuitvoeringsplannen transitievisie warmte ( exacte kosten onbekend) en aan de negatieve effecten van de herijking gemeentefonds. Volgens de laatst bekende berekeningen van het Rijk zou de herijking vanaf 2024 jaarlijks € 2,2 miljoen extra vragen (waarvan we € 900.000 als dekking beschikbaar hebben). Deze extra lasten vallen ofwel buiten de voorliggende planperiode of ze zijn nog niet definitief bepaald en daarom niet in het financiële beeld opgenomen.

In de tabel hieronder geven we het financieel beeld vanaf de begrotingsbehandeling in november 2020. Door de financiële gevolgen van de ontwikkelingen te presenteren in enkele categorieën maken we duidelijk waar bestuurlijke keuzevrijheid groot of in mindere mate aanwezig is. Na de tabel volgt een uitgebreide toelichting per regel.

(Bedragen x € 1.000)

2022

2023

2024

2025

Primitieve begroting

2.144

2.288

1.855

1.930

Maart 2021

-23

-22

-22

-22

1e Bestuursrapportage 2021

-2.111

-2.192

-1.912

-1.791

Bestaand beleid

1.070

211

461

1.058

Gemeentefonds

6.318

3.627

2.693

2.120

Kapitaallasten

-551

-668

-457

-1.253

Loon- & prijsontwikkeling

-830

-830

-830

-830

Nieuw beleid/Ontwikkelambities

-121

-126

-125

-124

Wijzigingen (< € 50.000)

3

26

26

26

Totaal ontwikkelingen

5.889

2.240

1.767

997

Geraamd resultaat progammabegroting 2022

5.899

2.313

1.688

1.114

Primitieve begroting
Op deze regel staan de geraamde resultaten van de vastgestelde begroting 2021 en de meerjarenraming 2022-2024 bij de begrotingsbehandeling in november 2020.

Maart 2021
Hier staan de financiële gevolgen van afzonderlijke raadsbesluiten van november 2020 t/m maart 2021. Financiële gevolgen van raadsbesluiten na maart 2021 zijn opgenomen in de mutaties van de begroting 2022.

1e Bestuursrapportage
Dit zijn de financiële gevolgen van de 1e bestuursrapportage 2021 op het geraamde resultaat.

Geraamd resultaat (startsituatie)
Na de verwerking van de raadsbesluiten t/m maart 2021 en de 1e bestuursrapportage 2021 is dit de financiële startsituatie voor de begroting 2022 en de meerjarenraming 2023-2025.

Bestaand beleid
Op deze regel staan de financiële gevolgen van ontwikkelingen voor bestaand beleid. De bestuurlijke keuzevrijheid voor ontwikkelingen bestaand beleid is voor de korte termijn niet zo groot. Natuurlijk heeft u wel de bestuurlijke keuze om het bestaande beleid te wijzigen.
De financiële gevolgen op deze regel is vooral de verwerking van de kadernota 2022. Na de kadernota zijn bij het samenstellen van de begroting de volgende ontwikkelingen hieraan toegevoegd: structurele verhoging budget jeugdzorg voor autonome groei, extra budget voor gemeenteraadsverkiezingen 2022, invoeren gedifferentieerd uurtarief Omgeving Dienst Brabant Noord, kosten dekkende tarieven riolering en afval, lagere raming voor rente, benutten van de ruimte BTW-compensatiefonds onder plafond en hogere salarislasten.
Zowel de ontwikkelingen van de kadernota als de later verwerkte ontwikkelingen bestaand beleid
> € 50.000 lichten we toe bij de begrotingsprogramma's - onderdeel Wat kost het?.

Gemeentefonds
Op deze regel staan de financiële gevolgen van de meicirculaire 2021 en de extra rijksinkomsten voor de jeugdzorg. Een uitgebreide toelichting is te vinden bij het programma Bestuur en Ondersteuning, onderdeel Wat kost het?.

Kapitaallasten
Deze categorie bestaat uit 2 onderdelen: kapitaallasten (rente en afschrijving) voor nieuwe investeringen 2022 en aanpassingen in kapitaallasten van bestaande ramingen. Voor de nieuwe investeringen 2022 is de bestuurlijke keuzevrijheid groot. De gemeenteraad neemt hierover een besluit bij de begrotingsbehandeling in november 2021. De lasten voor nieuwe investeringen 2022 zijn € 240.000 (2022), € 641.000 (2023 en 2024) en € 1.495.000 (2025 en volgende jaren).
De aanpassingen in kapitaallasten van bestaande ramingen bestaan vooral uit actualisatie van de rentetoerekening aan de diverse boekwaarden van investeringen en grondexploitaties.
De kapitaallasten voor nieuwe investeringen lichten we toe bij de programma's - onderdeel Investeringen.

Loon- en prijsontwikkeling
Jaarlijks nemen we vanuit het accres algemene uitkering een stelpost op in de begroting voor prijsontwikkeling volgens de vastgestelde uitgangspunten. Na doorrekening van bestaande afspraken (contracten, subsidieverordening enzovoorts) en verwachtingen schatten we in dat de stelpost niet voldoende is. We stellen voor het budget te verhogen om in 2022 bestaande afspraken voor prijsontwikkeling na te komen.

Nieuw beleid / Ontwikkelambities
Op deze regel zijn de financiële gevolgen voor nieuw beleid/ontwikkelambities vermeld. Deze bestaan uit de verwerking van kadernota: structurele lasten van het amendement Hoge Nood (€ 28.000) en de ontwikkelingen uit de kadernota 2022 (€ 95.000). Een toelichting hierop kunt u lezen bij de begrotingsprogramma's - onderdelen "Wat kost het?" en "Investeringen".
Ook zijn een aantal incidentele ontwikkelingen vanuit de kadernota 2022 als nieuw beleid opgenomen met als dekking de algemene risico reserve. Het gaat dan onder andere om optimalisatie bestuurscentrum Sint-Oedenrode, Ondersteuning initiatieven voor startende ondernemers, Veiligheidsinformatie Knooppunt (VIK) en de viering van 200 jaar Zuid-Willemsvaart.
Ook hiervoor is een verdere toelichting te vinden bij de programma's - onderdeel Wat kost het?.

Structureel geraamd resultaat

Het structureel geraamd resultaat bepaalt de vorm van toezicht door de provincie. Dit berekenen we door het geraamd resultaat te ontdoen van incidentele lasten en baten. Ter verduidelijking: door het elimineren van incidentele lasten gaat het structureel geraamd resultaat omhoog. Eliminatie van incidentele baten heeft een tegenovergesteld effect.

In de volgende tabel is het structureel geraamd resultaat opgenomen, waarover u een besluit neemt. Over de meerjareninvesteringsplan (MIP) 2023-2025 neemt u bij de volgende begrotingen een besluit. De lasten hiervan zijn wel opgenomen in de volgende tabel.

2022

2023

2024

2025

Geraamd resultaat

5.899

2.313

1.688

1.114

Incidentele baten en lasten

1.000

-

-

-

Meerjareninvesteringsplanning 2023-2025

-

-185

-855

-1.225

Structureel resultaat incl. MIP 2023-2025

6.899

2.128

833

-111

Incidentele baten en lasten
Bij de begroting 2021 is ook voor de jaarschijf 2022 € 1 miljoen gereserveerd om de extra lasten en minder baten die zullen optreden als gevolg van de corona crisis te kunnen opvangen. De genoemde bedragen zijn aanvullend op hetgeen het Rijk aan compensatie biedt en die via landelijke verdeelsleutels naar de gemeente komen.

Deze pagina is gebouwd op 12/13/2021 16:20:09 met de export van 11/12/2021 08:48:34